Het is niet altijd mogelijk om aan de buitenkant van je lichaam te zien wat er aan de hand is. Gelukkig helpt de techniek ons: via foto's en scans kun je het hele lichaam binnenstebuiten keren. Bij reuma gebeurt dat bijvoorbeeld met een röntgenfoto, CT- of MRI-scan. Wat moet je weten over deze onderzoeken?
Voordat een arts start met een reumabehandeling, leunt hij/zij erg op de informatie die er van jou bekend is via allerlei beeldvormende technieken. Via scans, echo's en MRI's weet een arts precies hoe je lichaam er van binnen uitziet en welke soort behandeling van belang is. Al die technieken zijn dus een belangrijk hulpmiddel bij het stellen van diagnoses en het aantonen in welk stadium een ziekte is. Maar wanneer komen deze scans om de hoek kijken als je reuma hebt? En wat is wat?
In het ziekenhuis kun je allerlei scans laten uitvoeren. Vernuftige apparaten, maar wat zijn de verschillen? Deze aanvullende, beeldvormende onderzoeken kunnen gebruikt worden bij reuma.
Een röntgenfoto laat in een plat vlak de botten zien. Om een gewricht vanuit verschillende hoeken te kunnen bekijken, zijn vaak meerdere foto's nodig. De röntgenfoto werd al in 1895 ontdekt. Met behulp van röntgenstraling maken radiologen een foto van het lichaam, waarbij de botten een andere kleur krijgen dan alle andere weefsels in het lichaam. Daarom zijn röntgenfoto's heel geschikt om botten te onderzoeken. Het duurt maar een paar minuten, dan is de foto al gemaakt.
Ook echografie wordt al meer dan honderd jaar gebruikt in ziekenhuizen. Met behulp van hoge geluidstonen worden weefsels in beeld gebracht. Een echo maakt vooral onderscheid tussen harde en zachte weefsels. De echo is vooral bekend bij zwangere vrouwen, maar kan ook worden ingezet bij reuma. Bij een echo kun je vaak direct op een scherm het beeld zien.
Bij een CT-scan lig je in een buis en worden er rondom het lichaam röntgenfoto's gemaakt. De computer maakt van die plaatjes een geheel, waardoor er een driedimensionaal beeld ontstaat. Je ziet dus vooral botten, maar je kunt er ook bloedvaten mee bestuderen.
Soms is een MRI-scan geschikter om organen te bekijken. Bij een MRI-scan lig je ook in een tunnelbuis en maakt de computer een 3D-beeld van het lichaam. MRI werkt echter niet met röntgenstraling, maar met magneten en radiogolven. Daardoor kan deze scan andere informatie geven.
Nee, in eerste instantie voert je huisarts een reumaonderzoek bij je uit. Hij/zij vraagt naar je klachten en onderzoekt je lichaam. Meestal is dat voldoende. Soms is er aanvullend onderzoek nodig, wat meestal bestaat uit bloedonderzoek of röntgenfoto's. Zijn de klachten ernstig, dan kan de huisarts je doorverwijzen naar een reumatoloog voor verdere diagnose en behandeling. Die kunnen een CT- of MRI-scan laten uitvoeren als röntgenfoto's te weinig informatie opleveren. De arts bepaalt dus welk onderzoek de meeste gegevens oplevert voor de diagnose.
Al deze beeldvormende technieken gebruiken straling. Dat klinkt gevaarlijk - is dat terecht? Ja en nee. Het is inderdaad zo dat veel soorten straling effect kunnen hebben op het lichaam. Maar die kans loop je altijd: iedereen wordt in het dagelijks leven blootgesteld aan straling. Van elektriciteitsmasten, telefoons, televisies... Zelfs je eigen lichaam zendt straling uit. De straling uit beeldvormend onderzoek is er dus zeker, maar is wel erg klein. Als je bedenkt waarvoor zo'n scan gebruikt wordt (een betere behandeling), dan zal het dit risico vaak waard zijn. De afweging zal daarom altijd moeten zijn: ben je met een scan beter of slechter af?
Bij reuma is het uitzonderlijk dat er een CT- of MRI-scan wordt gebruikt. Een röntgenfoto komt veel vaker voor. Toch zijn al deze scans nuttig. Hoe eerder je reuma ontdekt, hoe eerder je kunt beginnen met de behandeling. Deze beeldonderzoeken kunnen reuma eerder opsporen, de ernst aantonen en de vorm van reuma definiëren. Het is een belangrijk hulpmiddel bij het stellen van een diagnose. Ook kan het laten zien hoe uitgebreid eventuele afwijkingen zijn.
Kan een MRI-scan helpen om reuma vroeg op te sporen? Dat is de vraag die het LUMC onderzocht. Een MRI laat namelijk ook kleine ontstekingen zien, terwijl op een röntgenfoto pas afwijkingen zichtbaar zijn als de gewrichten al schade hebben opgelopen. Wat blijkt: een MRI kan helpen, maar kan ook 'vals positief' zijn. Uit een studie met 193 vrijwilligers zonder gewrichtsklachten, bleek namelijk dat bij ongeveer driekwart van hen al kleine ontstekingen in de gewrichten of botten zichtbaar waren op de MRI-scan. Zo geef je iemand een stempel reuma, terwijl er niets aan de hand is. Het is dus wel belangrijk dat onderzoekers erachter komen hoe de MRI-scan moet worden geïnterpreteerd.
Een echografie kan vooral handig zijn om de diagnose artritis te stellen of juist uit te sluiten. Hoe zit dat? Artritis uit zich vaak met pijn, warmte, zwelling, beperking van de bewegingsuitslag en soms roodheid. Als deze vijf klassieke kenmerken niet goed zijn te checken door een standaard onderzoek, kan echografie wel een antwoord geven. Dat speelt bijvoorbeeld bij het heupgewricht. Door zijn ligging kan het heupgewricht niet op warmte, zwelling en roodheid worden beoordeeld. Is dit gewricht toch pijnlijk, dan kan het gaan om artritis of artrose en dan is echografie belangrijk. Vooral lang bestaande artrose is goed te herkennen, beginnende artrose niet.
Wil je meer informatie, adviezen, tips en ervaringsverhalen van verschillende mensen met reuma ontvangen? Schrijf je dan in voor de maandelijkse Leven met Reuma nieuwsbrief.
Laatste wijziging op deze pagina: 22-06-2020
100% natuurlijke smaakmaker. Eenmaal in huis, altijd verkocht!
Schrijf je dan in voor onze maandelijkse nieuwsbrief!
Een gezond dagje uit - de oorsprong van de A.Vogel producten